English to Dutch European Centre for Disease Prevention and Control terminology (ECDC)

Search term or phrase in this TERMinator '. "." . '

Purchase TTMEM.com full membership to search this dictionary
 
 
Share this dictionary/glossary:
 

 
database_of_translation_agencies
 

SourceTarget
A new generation of (conjugated) vaccines appears to be highly efficient against invasive disease and it also prevents nasopharyngeal carriage.Een nieuwe generatie van (conjugaat)vaccins lijkt zeer effectief tegen invasieve ziekte en voorkomt ook de aanwezigheid van de bacteriën in neus- en keelholte.
These vaccines cover the types of the bacteria commonly seen in childhood invasive disease and also those associated with antimicrobial resistance.Deze vaccins dekken de veelvoorkomende bacterietypen bij invasieve ziekte op de kinderleeftijd en ook de typen die in verband worden gebracht met antimicrobiële resistentie.
PolioPolio
Polio is caused by polioviruses, classified into types 1, 2 and 3.Polio (kinderverlamming) wordt veroorzaakt door poliovirussen, die worden ingedeeld in de typen 1, 2 en 3.
Transmission occurs via the oral-faecal route or contact with saliva.Overdracht vindt plaats via contact met ontlasting, braaksel of speeksel.
Most infections remain completely without symptoms, while 10% of cases develop mild symptoms only, such as fever, malaise, nausea, and vomiting.De meeste infecties verlopen volledig zonder verschijnselen, terwijl 10 % van de gevallen alleen maar met lichte verschijnselen als koorts, malaise, misselijkheid en braken gepaard gaat.
However, after exposure and an incubation period of about one to two weeks the virus can spread from the digestive tract to the central nervous system, resulting in meningitis and neural damage with paralysis (the latter in less than 1% of cases).Na blootstelling en een incubatietijd van ongeveer een tot twee weken kan het virus zich echter vanuit het spijsverteringskanaal verspreiden naar het centrale zenuwstelsel, met als gevolg hersenvliesontsteking en zenuwbeschadiging met verlamming (dit laatste in minder dan 1 % van de gevallen).
No specific therapy is available against the virus.Er is geen specifieke behandeling tegen het virus beschikbaar.
Childhood immunisation programmes with live weakened oral poliovirus vaccine (OPV) or with inactivated, injectable poliovirus vaccine (IPV) has been very effective.Immunisatieprogramma's voor kinderen met levend verzwakt oraal poliovaccin (OPV) of met geïnactiveerd, injecteerbaar poliovaccin (IPV) zijn zeer effectief geweest.
Since the virus is still present in other parts of the world, importation of cases remains possible and travellers to endemic areas should be adequately counselled.Aangezien het virus nog steeds in andere delen van de wereld voorkomt, blijft import van ziektegevallen mogelijk en moeten reizigers naar endemische gebieden voldoende worden voorgelicht.
Puumala virus infectionInfectie met het puumalavirus
Puumala viruses occur mainly in Europe and Russia.Puumalavirussen komen voornamelijk voor in Europa en Rusland.
Infection in humans occurs through inhalation of virus in aerosol from excreta of infected rodents.Infectie bij de mens vindt plaats via inhalatie van het virus in nevels afkomstig uit uitwerpselen van geïnfecteerde knaagdieren.
Up to 80% of infections may be without symptoms.Tot wel 80 % van de infecties kan symptoomvrij verlopen.
Clinical illness results in a syndrome called “haemorrhagic fever with renal syndrome” (also called “nephropatia epidemica”).Klinische ziekte leidt tot een syndroom dat "hemorragische koorts met renaal syndroom" (ook wel "nephropathia epidemica") wordt genoemd.
The symptoms are fever, general tendency of bleeding and kidney failure.De verschijnselen zijn koorts, algehele bloedingsneiging en nierinsufficiëntie.
Less than 0.5% of those who get the infection die.Minder dan 0,5 % van de geïnfecteerden overlijdt.
Q fever is a common zoonosis (infection that could transmit from animals to humans), caused by Coxiella burnetii.Q-koorts is een veelvoorkomende zoönose (infectieziekte die van dier op mens kan overgaan), die wordt veroorzaakt door Coxiella burnetii.
Natural reservoirs include several domestic and wild animals, most of which show no signs of disease (although infection can cause abortions).Natuurlijke reservoirs zijn onder meer een aantal huisdieren en wilde dieren, waarvan de meeste geen tekenen van de ziekte vertonen (hoewel infectie miskramen kan veroorzaken).
Due to the high resilience in the environment of Coxiella, humans are most often infected by inhalation of aerosols produced in contaminated locations, but other modes of infection have been documented (including food-borne).Doordat Coxiella zich zeer goed in het milieu kan handhaven, wordt de mens meestal geïnfecteerd door inademing van in de lucht zwevende deeltjes die vrijkomen op besmette locaties, maar er zijn ook andere manieren van infectie beschreven (waaronder via voedsel).
After an incubation period of, usually, 2–3 weeks, disease symptoms may appear but more frequently they do not.Na een incubatietijd van doorgaans 2–3 weken kunnen er ziekteverschijnselen optreden, maar vaak blijven deze uit.
Which systems are in place and in use to ensure laboratory quality in the EU?Welke systemen zijn voorhanden en in gebruik om de kwaliteit van laboratoria in de EU te waarborgen?
What is the role of ECDC?Wat is de rol van het ECDC?
A serious clinical picture can suddenly emerge characterised by high fever, eye infection, respiratory tract infection, and severe headache.Er kan zich plotseling een ernstig klinisch beeld ontwikkelen, dat wordt gekenmerkt door hoge koorts, ooginfectie, luchtweginfectie en hevige hoofdpijn.
Occasionally, the infection takes a chronic course, leading to infection of the heart valves, hepatitis and other organ involvement.Zo nu en dan krijgt de infectie een chronisch beloop, met als gevolg infectie van de hartkleppen, hepatitis en aantasting van andere organen.
Acute cases respond to appropriate antibiotic treatment but infected heart valves may require surgery.Acute gevallen reageren op behandeling met een geschikt antibioticum, maar in geval van geïnfecteerde hartkleppen kan operatief ingrijpen noodzakelijk zijn.
The mainstays of prevention aim at avoiding the production and inhalation of contaminated dust and the consumption of potentially contaminated food (e.g. un-pasteurised milk).De pijlers van preventie zijn erop gericht het vrijkomen en inademen van besmet stof en de consumptie van mogelijk besmet voedsel (bv. niet-gepasteuriseerde melk) te voorkomen.
RabiesHondsdolheid (rabiës)
Rabies is a disease caused by rabies virus (a Lyssavirus).Hondsdolheid is een ziekte die wordt veroorzaakt door het rabiësvirus (een Lyssavirus).
Classic rabies is essentially a zoonosis (infection that could spread from animals to humans), and most animals are susceptible to it.Klassieke hondsdolheid is in wezen een zoönose (infectieziekte die van dier op mens kan overgaan) en de meeste dieren zijn er gevoelig voor.
The main reservoir is wild and domestic canids (dogs, wolves, foxes, coyotes, dingoes, jackals).Het voornaamste reservoir is wilde en gedomesticeerde hondachtigen (honden, wolven, vossen, coyotes, dingo's, jakhalzen).
Six other Lyssaviruses are now recognised, whose potential of giving disease in humans is variable, and for which bats are the reservoir.Er zijn inmiddels zes andere lyssavirussen bekend, met een wisselend ziekteverwekkend vermogen bij de mens en met vleermuizen als reservoir.
Of these, two are present in Europe (European bat lyssavirus 1 and 2).Hiervan komen er twee in Europa voor (European-bat-lyssavirus 1 en 2).
Transmission normally occurs through a bite or direct contact with the saliva of an infected animal.Overdracht vindt normaal gesproken plaats via een beet of rechtstreeks contact met het speeksel van een geïnfecteerd dier.
After an incubation period of 3–8 weeks (though sometimes much longer), non-specific symptoms appear, such as headache, fever and numbness of the skin around the site of the bite.Na een incubatietijd van 3–8 weken (maar soms veel langer) ontwikkelen zich niet-specifieke verschijnselen, zoals hoofdpijn, koorts en gevoelloosheid van de huid rond de plaats van de beet.
A phase of seizures and eventually coma follows, which almost invariably lead to the patient’s death.Hierna volgt een fase van epileptische aanvallen en uiteindelijk coma, waarna de patiënt vrijwel altijd overlijdt.
Prevention is possible by vaccination, including post-exposure immunisation to be given as soon after the exposure as possible.Preventie is mogelijk door middel van vaccinatie, waaronder immunisatie na blootstelling waarmee zo snel mogelijk na de blootstelling moet worden begonnen.
Rickettsial infectionRickettsiose
Preventive veterinary measures include proper vaccination of cats and dogs.Preventieve diergeneeskundige maatregelen zijn onder meer vaccinatie van katten en honden.
Oral vaccination has proven effective in preventing the spread of disease within wild animal populations.Orale vaccinatie is effectief gebleken bij het voorkómen van verspreiding van de ziekte binnen populaties van wilde dieren.
RubellaRodehond
Rubella is a mild febrile rash illness caused by rubella virus.Rodehond is een milde ziekte met koorts en huiduitslag, die wordt veroorzaakt door het rubellavirus.
It is transmitted from person to person via droplets (the virus is present in throat secretions).De aandoening wordt van persoon op persoon overgedragen via druppeltjes (het virus is aanwezig in afscheiding in de keel).
It affects mainly, but not only, children and when pregnant women are infected, it may result in malformation of the foetus.Het zijn voornamelijk, maar niet uitsluitend, kinderen die door de aandoening worden getroffen. Wanneer een zwangere vrouw geïnfecteerd raakt, kan dit leiden tot afwijkingen van het ongeboren kind.
Humans are the only reservoir of infection.De mens is het enige reservoir van infectie.
About 20–50% of rubella infections remain without symptoms.Ongeveer 20–50 % van de rodehondinfecties verloopt zonder verschijnselen.
Read more about rubella in the factsheet for general public and factsheet for health professionals.Lees meer over rodehond in het informatieblad voor het grote publiek en het informatieblad voor zorgverleners.
HEALTH TOPICS A-ZNETWORKEXTERNAL DOCUMENTSRELATED TOPICSEUROSURVEILLANCEREAD MORE ON ECDC SITERELATED HEALTH TOPICSGEZONDHEIDSTHEMA'S A-ZNETWERKEXTERNE DOCUMENTENGERELATEERDE ONDERWERPENEUROSURVEILLANCELEES MEER OP DE ECDC-SITEGERELATEERDE THEMA'S
Salmonellosis (non-typhi, non-paratyphi)Salmonellose (niet-tyfeus, niet-paratyfeus)
In symptomatic cases, after an incubation period of 2–3 weeks, patients develop swollen lymph glands, malaise, rash, and upper respiratory tract symptoms.In symptomatische gevallen, na een incubatietijd van 2–3 weken, ontwikkelen patiënten opgezette lymfeklieren, malaise, huiduitslag en verschijnselen van bovensteluchtweginfectie.
Fever is not always present.Er is niet altijd sprake van koorts.
Adult and adolescent females often manifest joint pain and joint inflammation.Volwassen en adolescente vrouwen krijgen dikwijls gewrichtspijn en -ontsteking.
Rare complications include skin bleedings, brain infection, neuritis, and inflammation of the testicles.Zeldzame complicaties zijn onder meer huidbloedingen, herseninfectie, zenuwontsteking en ontsteking van de zaadballen.
The most serious consequences of rubella infection occur when it is acquired during the first 3 months of pregnancy.De ernstigste gevolgen van rodehond doen zich voor wanneer de infectie tijdens de eerste drie maanden van de zwangerschap wordt opgelopen.
In this situation the virus can affect all the organs of the developing foetus, causing foetal death, miscarriage, or congenital malformation.In dit geval kan het virus alle organen van de zich ontwikkelende foetus aantasten en zo foetale sterfte, miskraam of aangeboren misvorming veroorzaken.
An infant infected with rubella during pregnancy can continue to shed the virus for about one year, sometimes longer.Een zuigeling die tijdens de zwangerschap met rodehond is besmet, kan het virus ongeveer een jaar lang afscheiden, soms langer.
SalmonellosisSalmonellose
Enteric infections due to Salmonella bacteria are generally referred to by the term ‘salmonellosis’ when they are due to Salmonella species other than Salmonella typhi and Salmonella paratyphi.Darminfecties met salmonellabacteriën worden in het algemeen aangeduid met de term ‘salmonellose’ wanneer ze worden veroorzaakt door andere salmonellasoorten dan Salmonella typhi en Salmonella paratyphi.
Various animals (especially poultry, pigs, cattle, and reptiles) can be reservoirs for Salmonella, and humans generally become infected by eating poorly cooked, contaminated food.Diverse dieren (met name pluimvee, varkens, rundvee en reptielen) kunnen het reservoir zijn van Salmonella. De mens raakt in het algemeen geïnfecteerd door het eten van onvoldoende verhit, besmet voedsel.
The incubation period and the symptoms depend on the amount of bacteria present in the food, the immune status of the person and the type of Salmonella.De incubatietijd en de verschijnselen zijn afhankelijk van de hoeveelheid bacteriën in het voedsel, de immuunstatus van de persoon en het type Salmonella.

Want to see more? Purchase TTMEM.com full membership